Zaaien is raaien

‘Zaaien is raaien’ zegt men dan. Oftewel, op welk moment vertrouw je je zaaigoed toe aan de bodem? Dat blijft een gok. Met een voorjaar als deze heb je trouwens minder te kiezen. Wij hebben er voor gekozen om niet te wachten, maar te zaaien zodra het kan. Of eigenlijk soms als het nog net niet kan. Want wanneer worden de omstandigheden beter? De een kan ook beter wachten dan de ander. Van het zaaiwerk van een week of drie geleden, is een deel goed gegaan, een deel mislukt. En we hebben opnieuw gezaaid.

Op zoek naar peterselie. Samen met teeltbegeleider Jacob Havinga speuren we de bodem af naar gekiemde peterselie-zaadjes. Deze kleine zaadjes doen er lang over voordat ze kiemen en het daglicht zien. Na drie weken zijn ze bijna boven. Inmiddels staat er al weer veel onkruid en we daarom kiezen we er voor om de percelen nog een keer ‘af te branden’.


Dan de suikerbieten. Veel mooie plantjes, maar wel met beestjes erop. Die vreten het groen van de blaadjes eraf. Veel bieten gaan er aan verloren. Emelten, zowel in de suikerbieten als in de peterselie. Dat ze bieten lusten, weten we, maar zouden ze ook peterselie eten? 
Ook vinden we veel ritnaalden, vooral in de percelen die vroeger grasland waren
Vier percelen moeten we helaas over zaaien.
Dan vraag je je af, hadden we dit kunnen voorkomen? Ja, misschien wel. Door nog niet te zaaien. Maar maar half april zaaien is al later dan we gewend zijn. Het weer van de afgelopen 3 weken heeft zeker niet meegewerkt. Het koude weer maakte dat de ontwikkeling van de plantjes traag verloopt. Daardoor hebben beestjes veel tijd om de planten aan te vallen.


De rode uien staan er wel mooi op, en hebben net geen last van korstvorming. Ook de gele uien staan er mooi. Gelukkig.

Verder zaaien we ook nog een aantal andere nieuwe teelten, zoals haver en erwten. Deze erwten zijn bedoeld voor menselijke consumptie, hier zou dus de basis voor erwtensoep moeten groeien. Dan het laatste nieuwe gewas, Lupine. Janko zaait de lupine. We gaan deze lupine biologisch telen, is de bedoeling. Dus zonder gebruik van chemie.


Veel grond vraagt om andere bewerking dan we gewend zijn. Zware klei, een harde, dichtgeslagen bovenlaag. Dat is het rendement van een half jaar regen. Hoe maak je daar een zaaibed van? Op advies van de teeltbegeleider trekken we de grond open met een simpele cultivator. Zo wil je het niet, maar je moet wat.

Op een ander perceel hebben we het ook anders gedaan dan vroeger. Dus we hebben vorig najaar niet geploegd. Na de oogst van graan, hebben we mest uitgereden, kruidenrijk groenbemester ingezaaid en zo de winter in laten gaan. Dat pakt niet goed uit. Het barst er van de beestjes. Slakken en smelten, onder elke klomp vind je er bijna wel een. En dat terwijl er op dit perceel jarenlang alleen maar granen en suikerbieten zijn geteeld. Maar als het mei is, is wachten geen optie (voor ons tenminste). Met veel geweld forceren we een zaaibed en zaaien er toch bieten in. Het kost wel veel inspanning. Maar met z’n drieën krijg je het wel af, ook als je slechts 2,5km per uur kunt werken. De twijfel slaat wel toe of we met deze methode van niet-kerende grondbewerking en wintergroen houden, wel op de goede weg zijn. Komen we er wel met die nieuwerwetse ideeën, of moet de ploeg er gewoon weer in in oktober?

Dan gaan we nog een keer terug naar het perceel die we eerder met de cultivator open hebben getrokken. Na anderhalve dag drogen, is de grond net droog genoeg. Ziet er niet slecht uit. Volgende week maar eens kijken of er hier kunnen zaaien. Zo spreiden we ook enigszins de risico’s.


We proberen wat nieuws. Om de emelten en ritnaalden te versuffen, of dieper de grond in te sturen, spuit Symen met een biologisch middel, een vreselijk stinkend knoflook-extract of zoiets. Men zegt dat het misschien helpt, als het middel vlot na toediening in de grond inregent. Dat lukt. Want na een paar dagen veel landwerk, volgt er een rustdag met een mooie regen. Daar zal het gezaaide blij mee zijn.


Bekijk ook het bericht op Facebook voor meer foto’s bij dit verhaal.

7 mei 2024